Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En hij zeide: Laat hem liggen, dat niemand zijn beenderen verroere. Zo [49]bevrijdden zij zijn beenderen, met de beenderen van den [50]profeet, die uit [51]Samaria gekomen was. 49. Dat zij namelijk niet verbrand werden op het altaar te Bethel, met de andere beenderen. 50. Die begeerd had dat men hem bij den profeet van Juda begraven zou; 1 Kon.13:31. 51. Versta, niet de stad, maar het land van Samaria, waarin de stad Bethel gelegen was en deze profeet woonde, toen hij naar den profeet van Juda kwam, 1 Kon.13:11; alzo is ook de naam Samaria voor het land genomen in vs.19.